Vandaag begint in Utrecht de rechtszaak tegen drie Utrechtse broers die worden verdacht van miljoenenfraude met pgb-budgetten. Met hun zorgbedrijf Dolia hebben de broers volgens het Openbaar Ministerie 4,5 miljoen euro verduisterd en witgewassen, maar dat bedrag kan nog worden bijgesteld.
Het zorgbedrijf beschikte volgens het OM over de DigiD's van meerdere cliënten. Met die elektronische handtekening kan iemand zich identificeren bij de overheid. Om de fraude te verhullen zou Dolia aanvraagformulieren en facturen hebben vervalst.
De fraude kwam anderhalf jaar geleden aan het licht. Dolia declareerde van 2014 tot 2018 in totaal 7,5 miljoen euro bij de Sociale Verzekeringsbank, zorgverzekeraars en gemeentes voor zorg aan ruim 130 cliënten. Volgens het OM leverde Dolia wel thuiszorg, maar was ruim 70% van de facturen vals. Ook bij de dagbesteding zou de helft van de facturen niet kloppen.
Een deel van de Dolia-klanten profiteerde volgens het OM mee met de fraude. Het uitgekeerde geld werd deels naar hen teruggesluisd, ontdekte zorgverzekeraar Zilveren Kruis. Dat gebeurde bijvoorbeeld via de rekening van een familielid, zodat het niet zou opvallen. Deze cliënten moeten dat terugbetalen. Ook lopen ze kans dat ze worden vervolgd.
Omdat het een grote en ingewikkelde en fraudezaak is, is er langdurig onderzoek aan vooraf gegaan en is een groot aantal getuigen gehoord. De rechtbank heeft drie opeenvolgende dagen uitgetrokken voor de inhoudelijke behandeling. In vergelijkbare fraudezaken werden gevangenisstraffen tot vier jaar opgelegd.