De leefbaarheid van de meeste buurten van Nederland ontwikkelt zich positief, maar ruim een miljoen mensen woont in een buurt waar de leefbaarheid al twintig jaar achtereen niet verbetert. De sociale samenhang in een buurt wordt zowel in de theorie als de praktijk vaak genoemd als een van de verklaringen voor de leefbaarheid of de veerkracht van een buurt en even zo vaak als een aangrijpingspunt voor het verbeteren daarvan. Maar is dat terecht? Gaat het ook op voor die buurten waar het al jaren minder gaat en wat is daar de meest effectieve weg om de situatie duurzaam te verbeteren?
