“Wij bellen veel met onze ouderen. Het is voor hen een verwarrende en onbegrijpelijke tijd”, vertelt Simone. Zij is POH (praktijkondersteuner huisarts) in Amsterdam. Voor zorgverleners en vrijwilligers die met ouderen werken is het een lastige periode. Op bezoek gaan kan vaak niet meer door het Coronavirus. Maar juist nu is het belangrijk om contact te houden. De telefoon is daarbij onmisbaar.
1 op de 4 ouderen in Nederland is eenzaam. Deze groep wordt door de maatregelen rond het Coronavirus tijdelijk nog groter. Niet meer eten met je familie, geen moskeebezoek en weg is het praatje op de markt. Voor veel ouderen ziet het leven er opeens heel anders uit en dat is zwaar.
Jennifer van den Broeke is coördinator van het programma Ouderen bij Pharos. Zij hoort dat veel professionals en vrijwilligers al telefonisch contact zoeken met ouderen en moedigt dit van harte aan. Zeker als het gaat om kwetsbare ouderen die zich in een achterstandssituatie bevinden. Deze mensen hebben vaak een klein netwerk, weinig geld of beheersen het Nederlands onvoldoende. Zelf trekken ze niet snel aan de bel als ze hulp nodig hebben.
Een telefoontje zorgt ervoor dat zij zich minder alleen voelen. “Ik hoop dat iedereen deze dagen de telefoon pakt. En dit blijft doen. Onderschat niet hoe belangrijk vaste contacten nu zijn. Je bent echt niet zomaar inwisselbaar met een collega. De kans is heel groot dat jij, als professional of vrijwilliger, de enige bent die voor hen vertrouwd genoeg voelt om kopzorgen mee te delen en vragen aan te stellen. Ook al hebben ze kinderen, want veel ouderen willen hun kinderen niet lastig vallen. Het geeft houvast om in moeilijke tijden steun te krijgen van een bekende. Corona-isolement is echt een probleem nu”, zegt Van den Broeke.
Dat geldt ook voor Heba (60) uit Syrië: “Ik ben bang en ik begrijp veel dingen niet. Naar buiten gaan is niet goed. Straks word ik ziek. In Damascus heb ik de bommen overleefd en dan krijg ik nu dit.”
Van den Broeke geeft aan dat je aan de telefoon niet uit moet gaan van veel kennis over het Coronavirus. “Je ziet het aan de reactie van Heba. Zij denkt dat buiten zijn gevaarlijk is. Door onrust en angst krijgen ouderen niet alles even goed mee. Herhaling is van groot belang. Zeker omdat de maatregelen steeds aangepast worden. Als een vertrouwd iemand vertelt over wat je nu wel en niet kan doen, blijft dat beter hangen. Beter dan wanneer een expert van het RIVM dat op televisie doet. Veel ouderen lezen ook geen krant en kijken niet naar het nieuws.”
Een ander advies is om te vragen of de familie weet van de maatregelen en aan te bieden met hen mee te denken om hun familielid zo goed mogelijk te helpen. Pharos heeft informatiekaarten over het Coronavirus in verschillende talen gemaakt. Die kun je ook mailen of printen en opsturen.
In het land komen steeds meer initiatieven op gang waarmee mensen zich inzetten om ouderen te helpen. Veel ouderen die in achterstandssituaties leven weten niet van die initiatieven af. Bovendien hebben ze vaak het gevoel dat telefoonlijnen, of hulp van vrijwilligers niet voor hen bedoeld is. Als professional of vrijwilliger kan je hen daarin stap voor stap op weg helpen. De terugvraagmethode is een handig hulpmiddel om te kijken of jouw informatie duidelijk is overgekomen.
Niet alle telefoonlijnen die nu actief zijn, beschikken over vrijwilligers die andere talen spreken. Een alternatief voor de telefoonlijnen waar mensen naar toe kunnen bellen met vragen, is het starten van een telefooncirkel. Voor migranten kan het heel fijn zijn om een telefooncirkel te hebben. Met daarin ongeveer acht mensen die dezelfde taal spreken. Bij Pharos horen we dat er al enkele Turkse telefooncirkels zijn gestart. Help de ouderen door in de eigen regio op zoek te gaan naar bestaande telefooncirkels. Bespreek met de organisatie wat er mogelijk is om een telefooncirkel in een andere taal op te starten.
Bel op vaste afgesproken momenten
Vraag of de oudere wil beeldbellen. Het helpt soms om een vertrouwd gezicht te zien.
Neem de tijd voor het gesprek en praat rustig en duidelijk.
Vraag of de oudere zich alleen of bang voelt.
Kijk per gesprek wat de oudere wil: een gezellig praatje maken, informatie over het Coronavirus of hulp (bijvoorbeeld boodschappen)
Deel wat er in de wereld gebeurd: scholen zijn dicht, kinderen krijgen thuis les, de Koning heeft het land toegesproken, mensen klapten voor de dokters en verpleegkundigen.
Bedenk samen wat de oudere nog wél kan doen.
Vertel dat veel mensen, niet alleen ouderen, dit een zware tijd vinden. Geef een voorbeeld uit je eigen leven (‘Het is moeilijk dat ik mijn vader nu niet kan zien, omdat ik moet hoesten. Ik mis hem.’)
Bedenk samen wie de oudere nog meer kan bellen (familielid, vriend, buurman)
Zeg dat de oudere kan bellen naar verschillende hulplijnen, zoals de Luisterlijn, ouderenbond ANBO (hier zijn ook Turks en Marokkaans sprekende vrijwilligers actief), de Zilverlijn, Ouderen-Infolijn en het Rode Kruis.
Eindig het gesprek met een hoopvolle boodschap (‘De zon schijnt. Je kunt lekker op je balkon gaan zitten.’)