Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Meer ruimte voor huishoudelijke hulp Wlz om teruggang in uren te voorkomen

Staatssecretaris Van Rijn staat zorgkantoren toe in 2017 meer ruimte te bieden om huishoudelijke hulp af te spreken voor de Wlz-cliënten die onder de gemeente huishoudelijke hulp ontvangen en daar onder de Wlz niet mee uitkomen.

ActiZ 29 maart 2017

Doelgroep en aanspraak

Vanaf 1 januari 2017 valt alle huishoudelijke hulp voor Wlz-geindiceerden die thuis wonen onder de Wlz. Wlz-cliënten die al huishoudelijke hulp op basis van de Wmo ontvangen gaan per 1 april 2017 over naar de Wlz. Het gaat om Wlz-cliënten met modulair pakket thuis (mpt) en cliënten die overbruggingszorg ontvangen.
De aanspraak van Wlz-cliënten op hulp bij huishouden is inmiddels verhelderd en verbreed. Het ministerie heeft verduidelijkt dat het om meer kan gaan dan alleen schoonmaken, bijv. ook bed opmaken en opruimen. Cliënten met een Wlz-indicatie die thuis wonen (met mpt, overbruggingszorg of die geen zorg ontvangen) kunnen hier gebruik van maken.

Signalen: soms uren te krap

Vanuit leden zijn meerdere signalen bij ActiZ en bij zorgkantoren binnen gekomen dat door de overgang van huishoudelijke hulp van gemeenten naar zorgkantoren, er cliënten zijn die te maken krijgen met een teruggang in het aantal uren huishoudelijke hulp. Dit is het geval wanneer de door gemeenten geboden omvang van huishoudelijke hulp geheel of gedeeltelijk niet past binnen het voor 2017 al ingerichte budget in mpt (of overbruggingszorg) of pgb. ActiZ heeft dat punt meerdere malen onder de aandacht gebracht bij het ministerie.

Overgangssituatie 2017

De staatssecretaris vindt het niet wenselijk dat mensen abrupt te maken krijgen met een teruggang van huishoudelijke hulp vanwege de overheveling van deze hulp van gemeenten naar de zorgkantoren. Hij heeft daarom besloten om zorgkantoren in deze overgangssituatie voor het jaar 2017 de ruimte te bieden om meer zorg c.q. een hoger budget aan cliënten toe te kennen wanneer het totaal aan benodigde zorg niet past binnen het geïndiceerde zorgprofiel en andere regelingen zoals de regeling ‘extra kosten thuis’ of ‘meerzorg’ bij de cliënt niet van toepassing zijn.

Dit betekent dat cliënten en zorgaanbieders voor het jaar 2017 in overleg kunnen gaan met de zorgkantoren over het invullen van de zorg binnen het geïndiceerde zorgprofiel, indien de omvang van de huishoudelijke hulp niet binnen het mpt/pgb past. Ook deze maatregel zal met terugwerkende kracht tot 1 april 2017 via een aanpassing in de Regeling langdurige zorg worden geformaliseerd. Gedurende dit jaar wordt dan met de cliënt besproken hoe vanaf 2018 het totaal aan zorg wel binnen het mpt/pgb kan passen.

Momentum en monitoring

ActiZ is blij dat het ministerie van VWS gehoor geeft aan de problemen in de praktijk rondom de reikwijdte en urenomvang. Wel is het buitengewoon lastig dat deze beslissingen zo laat voor de invoeringsdatum bekend zijn en zorgorganisaties daarmee in hun contact met cliënten hebben te maken. Dat heeft ActiZ ook kenbaar gemaakt aan het ministerie.
Voorts heeft ActiZ met klem benadrukt bij het ministerie van VWS en de NZa dat de benutting van de financiële middelen voor de huishoudelijke hulp voor Wlz-cliënten thuis wordt gemonitord. Een belangrijke vraag is of dat er voldoende middelen aan de Wlz-contracteerruimte zijn toegevoegd voor het regelen van de nieuwe aanspraak op huishoudelijke hulp en de overgangssituatie. Het ministerie van VWS en de NZa hebben een monitoring toegezegd. ActiZ zal deze nauwgezet volgen.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.