In deze blog aandacht voor een op het eerste gezicht klein onderwerp: strijkvrije kleding en de hulp bij het huishouden in de Wmo 2015. Steeds meer gemeenten huldigen tegenwoordig de stelling dat strijken niet onder de reikwijdte van de Wmo 2015 valt, omdat men geacht wordt over strijkvrije kleding te beschikken. In Wmo termen: het is algemeen gebruikelijk dat u het strijken zelf regelt. Maar is dat ook zo? Hierbij wat overwegingen.
Strijken zelf regelen?
Dat het lappen van de ramen vaak wordt gezien als iets dat iemand zelf kan regelen, en dus tot zijn eigen verantwoordelijkheid behoort, kan ik wel invoelen. Het zijn geen wekelijks terugkerende kosten. Deze zou je uit je reguliere inkomen moeten kunnen voldoen.
Anderzijds: het zijn kosten die door mensen zonder beperking ook worden gedragen. Gewoonlijk lapt men de ramen zelf toch? Maar dat is met al het poetsen het geval, dunkt mij. Zonder beperking doe je het zelf (of niet), maar als gevolg van een beperking ben je genoodzaakt een beroep op een derde te doen.
Toch denk ik dat het feit dat het incidentele kosten zijn, van de cliënt verwacht mag worden dat hij deze kosten zelf draagt.
Kantelpunt kosten huishouding
Er is ergens een kantelpunt in kosten die gemoeid zijn met het voeren van een huishouding die wel en die niet meer gebruikelijk zijn om zelf te dragen. Of om zelf maatregelen te treffen.
Als ik de strijkvrije kleding vergelijk met het verhuizen naar een ongeschikte woning, dan ligt het in de rede dat mensen bij het aanschaffen van kleding zich er rekenschap van geven of deze gestreken moeten worden. Dus niet alleen maar linnen kleding en zijden bloesjes aanschaffen.
Maar kun je anderzijds verwachten dat iemand alleen maar strijkvrije spullen aanschaft? De wetgever heeft in de Wmo 2015 opgenomen dat met voorkeuren en wensen rekening moet worden gehouden. Tot hoever dit strekt, is dan de te beantwoorden vraag.
Moet je in het kader van de beoordeling van de concrete situatie niet ook de samenstelling van een gemiddelde, reguliere garderobe betrekken? Dat wil zeggen dat er altijd wel wat te strijken valt. Aan bovenkleding. Niet iedereen wil er als Onslow uit ‘Keeping Up Appearances’ uitzien.
Wat is normaal?
Dekbedhoezen en zo liggen, gestreken, wel mooier in de kast en op bed, maar ik kan mij voorstellen dat dit keuzes zijn die iemand moet maken. Net als het op een andere plek neerzetten van de eettafel opdat er geen keukenaanpassing nodig is.
Laat ik een vergelijking maken met het poetsen bij iemand die Hummeltjes (zie foto) in de vensterbank heeft staan waardoor het stof afnemen iets meer tijd kost. Of iemand die twee kanaries in een kooi heeft. Dat zijn aspecten waarmee, wat mij betreft, in ieder geval rekening moet worden gehouden.
Uiteraard kan wel van de cliënt worden verwacht dat hij meedenkt en meewerkt. Echter het wegschrijven door gemeenten van extra schoonmaak in verband met kattenharen of een vogelkooi door dit als ‘eigen keuze’ te bestempelen, vind ik voorbij gaan aan het begrip maatwerk.